Berichten

Curiouser and curiouser!


Curiosa ~ zelfst.naamw.
Uitspraak: [kyri’joza]
Wonderlijke voorwerpen die iemand de moeite waard vindt om te bewaren.

Ik ben er gek op. Op het woord ‘wonderlijk’, maar ook op wonderlijke voorwerpen. En op de wonderlijke ontmoetingen die ik regelmatig heb tijdens het zoeken naar wonderlijke voorwerpen.

Over dat laatste zou ik een boek kunnen schrijven. Over Marktplaatsontmoetingen (de man die ons een commode verkocht en ons een uitrijkaart van de parkeergarage van zijn werk gaf zodat we gratis in de stad konden parkeren. Ik was zwanger en zijn dochter had net een tweeling gehad. Ik stel me zo voor dat roze wolken ver te zoeken zijn als je net een tweeling hebt gekregen, maar opa zat er zéker op) en kringloopgesprekken (zoals die keer dat ik Jet bij de kassa optilde en de dame achter de kassa zei: “Wat haal jij daar nu voor een leukerd tevoorschijn?”). Én over de gesprekken die ik (vrijwillig en onvrijwillig) opving in de kringloop.

Zo weet ik dat er mensen zijn die het concept ‘cholesterol’ een verzinsel van de overheid vinden. En dat er iemand achter de kassa van een kringloop werkt die vloeiend Zweeds spreekt (daar kom ik zo op terug). En dat vooral de bezoekers van de kringloop een soort perfecte mini-samenleving vormen. Oud en jong, al dan niet met een lekker kleurtje (zoals mijn schoonzus altijd zo prachtig zegt), rijk(er) en arm(er), ietsisten, gelovigen of ongelovigen…ze vormen een hoopvolle mengelmoes tussen al die oude rotzooi. Het bewijst maar weer eens hoe goed schatgraven voor een mens is.

Of misschien maak ik dat ervan hoor, ik drijf immers zelf op een roze wolk als ik in de kringloop ben.


Ik hoef dus niet eens per se met zooi thuis te komen, een goede anekdote is ook goed. Zo bezocht ik een kringloop waar ik het wonderlijke glazen vogeltje vond. Bij het afrekenen dacht ik gepast te kunnen betalen, maar bleek 50 cent tekort te komen. Waarna zich het volgende gesprek ontvouwde:

Verkoper: “Nee, het is 1 euro, geen 50 cent.”
Ik: “Oh, duh. Ik let niet op. Ik heb nog wél Zweedse Kronen in mijn portefeuille, accepteer je die toevallig?” *knipoog*
Verkoper: “Ach, Zweden. Mooi land is dat.”
Ik: “Ja, ik ben er gek op. Het is er zo prachtig. Ik ga er graag heen.”
Verkoper: “(…)”
Ik: “Jaaaa…?” *schaapachtige lach..*
Verkoper: “…maar je spreekt dus geen Zweeds.”

Deze verkoper sprak gewoon Zweeds. En ging er blijkbaar vanuit dat iedere gemiddelde toerist met een liefde voor Zweden dit ook doet. Zijn verraste blik ook, dat ik geen jota bleek te begrijpen van wat hij zei. Of zou het een hele onlogische versierpoging zijn geweest, dat kan natuurlijk ook. Zag hij ons al naar een goudomrande Zweedse horizon huppelen. Het zal wel niet, want ik spreek geen Zweeds.

Maar het was hoe dan ook hilarisch. Verwarrend, maar hilarisch.

Meuk is dus geluk. In de vorm van een zeegezicht, in een glazen puddingvorm met anker of een vreemde vogel. Al dan niet één die in de kringloop werkt en vloeiend Zweeds spreekt.

Curious ~ adjective
[kyoo r-ee-uh s]
Inexplicable or highly unusual, odd, strange.

Marktplaats (our Dutch Craigslist) and thriftshops are not just a great source for curious objects, they are also the place where I had the most curious encounters and conversations in my life. Better yet: a good story to come home with is as rewarding as a great second hand find. I could write a book about my Marktplaats transactions (about the man who sold us an old dresser when I was pregnant with Jet. He allowed us to park free on his compagny’s car park so we didn’t have to walk long for lunch afterwards. His daughter just had twins and allthough I don’t think one is on cloud 9 when she just had twins, the granddad certainly was) and thriftshop encounters (the Dutch salesclerk that appeared to speak fluently Swedish or the conversation I overheard two people claiming that cholesterol is a government conspiracy).

Junk is happiness and an endless source of inspiration to me. Whether it comes in the shape of an old painting, a glass pudding mould, a weird glass bird or all of a sudden being spoken to in Swedish and having no clue what someone’s telling you. Or having to rethink the whole concept of cholesterol, for that matter. ;-D

Giddy up!

Giddy up, Rainbow! - Oh Marie!

Bij de manege waar ik jaren geleden reed, stonden de paarden op eenzame hoogte. Niet dat ik me had ingeschreven bij een manege op Mount Everest, maar laat ik het zo zeggen: als je advocaat je belang net zo goed verdedigde als die manegehoudster dat van haar paarden, dan zat je qua vrijspraak gebeiteld. En sinds paarden niet kunnen zeggen wat ze willen of nodig hebben (al zijn ze bijzonder goed in het uitzenden van bepaalde signalen), was ik het helemaal eens met die diervriendelijke verdeling. 

Giddy up, Rainbow! - Oh Marie!

Ze keken bij de manege om die reden goed of een ruiter bij een paard paste. Omdat ik niet bepaald een Amazone was, reed ik meestal op Buffalo. Buffalo was een Tinker, een fors gebouwd paard (bigboned, not fat) met grote sokken, een roze neus, lange manen en zwarte en witte vlekken. (Een soort Hidalgo, mocht je de film gezien hebben.) Buffalo was een grote lieverd en ook een grote dondersteen. Hij voelde, zodra ik op zijn rug zat, of ik een redelijke of slechte dag had (daartussen fluctueerde mijn vaardigheden) en soms stond ik minutenlang te proberen hem aan het lopen te krijgen, terwijl de rest van mijn klasje al lang aan het warmlopen was. Áls hij dan ging lopen, was dat omdat hij daar zin in had, niet omdat ik hem zo goed aanspoorde. Een soort walk of shame, inderdaad. Voor mij. Ik ging er nog meer door van hem houden. Ik herkende iets van mezelf in Buffalo, denk ik.

Giddy up, Rainbow! - Oh Marie!
Na het poetsen of afzadelen stond ik vaak nog zijn lieve roze neusje te aaien, of hem achter zijn oren te kriebelen. Hij vond het allemaal prima. Buffalo was dan wel niet mijn eigen paard en mijn liefde voor hem was zeker niet exclusief, maar op die momenten voelde hij toch een beetje als mijn hoogsteigen verzorgpaard. Dus zo werd ik, toen het al lang niet cool meer was om dat te ambiëren, toch nog een soort Penny-meisje.

Het is een lange aanloop, maar mijn herinnering aan Buffalo deed me dit handgemaakte houten paardje van de kringloop meenemen. Op zijn rug staat ‘H. 27-11-’68’. Of het nu een eindexamenwerkstuk is geweest, of een eerbetoon aan iemand’s verzorgpony, maakt natuurlijk niet uit. Hij herinnert mij aan die tijd waarin ik nooit een Amazone werd, maar wel vriendschap voor het leven sloot met paarden. Al dan niet van de kringloop.

How this thrifted horse reminds me of my horse riding days and of my favourite riding school horse called Buffalo.

Call me Bubbles, darling

Call me Bubbles, darling - Oh Marie!
Afgelopen dinsdag had ik de eer de allereerste IG stories te maken voor vtwonen. Ik nam vtwonenvolgers een dag lang mee langs mijn favoriete kringlopen (nou ja, langs twee adressen van mijn ellenlange lijstje, meer tijd was er niet!), gaf kringlooptips, liet zien wat ik vond en hoe ik die items vervolgens thuis afstylede. Ik vond nogal veel, meer dan ik normaal gesproken doe zelfs, maar dat hing vast samen met één van de tips die ik gaf, maar zelf nooit naleef: plan je bezoek zo vroeg mogelijk op de dag.

Ongelofelijk dat ik nog getwijfeld heb over de aanschaf van deze vaas. Hij was behoorlijk prijzig (€ 8,50) en behoorlijk lelijk (kijk hier maar eens hoe hij er eerst uitzag), hij blijkt door te slaan (bummer), maar mán wat heeft hij een goede vorm. Recent ontdekte ik de spuitverf van Edding (onder andere te koop bij Pipoos en verkrijgbaar in alle kleuren van de regenboog, ik ga nog eens een bloemlezing schrijven over dat spul, oh nee dat doe ik nu al! En nee, ik word niet betaald om dit te schrijven. Zo goed is die verf, dat ik dat gewoon onbetaald doe. Nee hoor, je hebt het haakje sluiten niet gemist, dit is gewoon een hele lange terzijde), die direct dekt en dat voor de geweldige prijs van € 10,-. De vaas lijkt met zijn bubbelvorm jarenlang gewacht te hebben om uiteindelijk bij het blauwe Fou de Feu vaasje – dat ik die ochtend ook vond – gevoegd te worden. (Is het woord ‘bubbel’ of ‘bubble’ voor jou ook voorgoed verpest door Little Britain?)

Call me Bubbles, darling - Oh Marie!
Zag je trouwens het nieuwe logo bovenaan de pagina al? Met de veranderingen die ik afgelopen zomer op dit blog doorvoerde, vond ik het ook tijd voor een nieuw logo. Ruth Hengeveld gaf het oorspronkelijke logo, ontworpen door Casper Boot, een nieuwe jas. Ik geloof dat ze de spijker niet beter op z’n kop had kunnen slaan, mijn logo was nog nooit zo persoonlijk. Als ze alleen Molly met dat ballonnetje had opgeleverd was ik al verkocht geweest trouwens, want hoe schattig is dat?

Fijn weekend!

Last Tuesday I had the honour of making the first IG story ever for Dutch interior magazine vtwonen. I took their followers on a trip to my favourite thriftshops, gave them thrifting tips, showed them what treasures I dug up and how I integrated those finds into my interior. Among other things, I thrifted this vase that was pretty ugly before I spraypainted it (with this fabulous paint). It fits the blue Fou de Feu vase I also thrifted perfectly, it’s almost like they’ve been waiting to finally be united at our dinner table.

Oh and before I forget: did you see the beautiful (and super personal) new logo Ruth Hengeveld designed for me?

Have a happy weekend, dear all!

Veel te duur, maar toch tevreden

Vintage - teveel betaald en toch tevreden - Oh Marie!
Soms heeft een mens koop.

Ik heb dat nogal eens op de momenten nadat ik hard gewerkt heb. Vroeger kocht je dan een paar schoenen, of een nieuwe broek, maar kostentechnisch behoort dat niet meer tot de mogelijkheden tegenwoordig. (Wat absoluut niet erg is, trouwens.)

Als zich aan het eind van zo’n dag de mogelijkheid voordoet, dan duik ik graag – tot groot verdriet van de kringloopeigenaar, want vlak voor sluitingstijd – nog even een kringloop binnen. Niets ontspannender dan de geur en aanblik van een loods vol met potentiële schatten.

Vintage - teveel betaald en toch tevreden - Oh Marie!

Dit weekend begeleidden Ellen en ik een nieuwe editie van de kickstart voor startende creatieve ondernemers. En laat de Westerkade, waar we de kickstart geven, nu vlakbij De Arm van Utrecht te zitten. Een enorrrme, moederneukend grote joekeloekes van een kringloop. Met heul veul meubels. Waar ik eerder al een gave wandkast vond trouwens, maar daarover later meer.

Ik stapte dus, vlak voor sluitingstijd, naar binnen.

Er is een klein probleempje aan De Arm (eigenlijk met alle kringlopen in Nederland): ze zijn erg duur. Wat de naam ‘Arm’ een komisch tegenstrijdig woordgrapje maakt. Tenzij het verwijst naar de financiële status van afrekenende klanten.

Maar ja, die koop hè?

Ik vond het boekje*) en de pannenlappen. Ik hoef hier niet meer uit te wijden over mijn zwak voor huisvlijt, toch? Het waren daarbij niet zomaar pannenlappen, maar huisjespannenlappen.

Die dus wel € 3,- per setje waren. Het boek kostte € 1,-. Ik rekende, geheel tegen mijn principes (die je wel móet hebben tegenwoordig, met die vertienvoudigde prijzen), € 7,- af voor het hele zwikje.

Blij dat ik ermee ben.

Het vlees was weer zwak.
En De Arm rijk. Dankzij sukkels zoals ik.

Wat me wel weer een stuk minder schuldig doet voelen over mijn vlak-voor-sluitingstijd-winkelgedrag.

*) Ik kijk altijd even bij de pockets op de boekenafdeling: ik ben gek op de boekcovers die Dick Bruna ontwierp voor Zwarte Beertjes!

Mottige oude doos

Mottige oude doos - Planet Fur
Met ‘mottig’ doe ik het houten kistje hier op de foto eigenlijk vreselijk tekort. Hij is helemaal met de hand gemaakt, met zwaluwstaartverbindingen en aantekeningen van de maker op de onderkant en al. Degene die de kist maakte, was echter niet te zuinig op zijn werk. Het hout is uitgebeten (misschien lag hij wel in de regen, naast die olifantenstof), de scharnieren wiebelig en het slotje incompleet. Toch kan ik spullen die door iemand zelf zijn gemaakt nooit laten staan. (Tenzij het dit soort miskleunen zijn – maar die spaart Diana dan weer. Tragikomische vondsten noem ik dat. Fantastisch.)

Mijn hart smelt een beetje van zulk huisvlijt. De verbindingen van dit kistje bijvoorbeeld lijken verraderlijk eenvoudig in elkaar te zitten, maar als je ze zelf moet maken, is dat hele andere koek. Krijg al die klote-geultjes maar eens passend. Een Ikea kast zit sneller in elkaar (wat meteen het succes van Ikea verklaart). Het ligt in dezelfde lijn als borduurwerken die bij de kringloop liggen: een beetje sneu, al dat handwerk dat in de pré-vuilnisbak is beland. Het vraagt er gewoon om om gered te worden.

Als patroonheilige van tweedehands huisvlijt nam ik de mottige doos dus mee. Maar hoe fotografeer je zo’n ding in al zijn mottigheid?

Door hem te omringen met zoveel moois, dat hij zelf ook een beetje gaat shinen. Natuurlijk krijgt hij een make-over en heeft hij straks al die opsmuk niet meer nodig. Iets met een lelijk eendje en een mooie zwaan enzo. Nu alleen nog even tijd vinden om hem ook echt die make-over te geven. Man, wat gaat er toch veel tijd zitten in huisvlijt. Wordt vervolgd!

Wil je meer leren over de basisprincipes van het fotograferen? Er zijn nog een paar plekjes vrij bij de cursus fotografie die ik geef bij Immer Urlaub. Je kan je hier inschrijven.

I thrifted this scruffy wooden box a while ago. It was pretty hard to style and photograph it in a beautiful way, because of its scruffyness. I’m planning to give it a make-over, I just need to find time to give it that make-over though. To be continued!